Bij het berekenen van de snelheid van de draadtrekmachine zijn verschillende factoren betrokken, zoals verkleining van het oppervlak, draaddiameter en trekverhouding. Hier zijn de stappen om de snelheid van de draadtrekmachine te berekenen:
Bepaal de oppervlaktereductie:
Bereken de stapreductie bij het tekenen van de ene diameter naar de andere met behulp van de formule: r = [1 - (d2/d1)^2] x 100 [1].
Bereken de totale reductie bij het tekenen van de initiële diameter naar de uiteindelijke diameter met behulp van de formule: r = [1 - (df/d0)^2] x 100 [1].
Houd er rekening mee dat de verkleining van het oppervlak niet additief is en nooit groter is dan 100%.
Bereken de draaddiameter uit de reductie:
Gebruik de formule: d = sqrt((1 - r/100) x d0^2) [1].
Met deze formule kunt u de draaddiameter berekenen na een specifieke verkleining van het oppervlak.
Bepaal de tekenverhouding:
De trekverhouding is de verhouding tussen het dwarsdoorsnedeoppervlak van de draad bij de ingang van de matrijs (Ai) en het dwarsdoorsnedeoppervlak bij de uitgang van de matrijs (Ai+1).
Bereken de tekenverhouding met de formule: μi+1 = (di^2 / di+1^2) [2].
De trekverhouding is afhankelijk van de draaddiameter in elke fase van het trekproces.
Bereken de tekensnelheid:
De treksnelheid bij elke matrijs wordt bepaald door de trekverhouding en de treksnelheid bij de vorige matrijs.
Gebruik de formule: Vi = Vi+1 / μi+1 [2].
De treksnelheid neemt toe naarmate de draad door elke matrijs gaat.
Het is belangrijk op te merken dat de specifieke formules en berekeningen kunnen variëren afhankelijk van de draadtrekmachine en de gewenste specificaties. Voor nauwkeurige berekeningen wordt aanbevolen de handleiding van de machine te raadplegen of advies in te winnen bij deskundigen op dit gebied.